Biologische klok weetjes – Bron Volkskrant 30-03-2014, Dennis Rijnvis
Avondmensen klagen meer over de overgang naar de zomertijd dan ochtendmensen. Maar hoe groot is het verschil tussen deze twee type slapers eigenlijk? Uit recent onderzoek blijkt dat onze biologische klok veel eenvoudiger is te ‘verzetten’ dan tot nu toe werd aangenomen.
‘Ik dacht altijd dat ik een avondmens was’, zegt Pieter Gillis (44). Het is vrijdag 6.00 uur en de stem van de softwareontwikkelaar uit Antwerpen klinkt monter door de telefoon. Zijn werkdag is een half uur geleden begonnen. ‘Ik heb al mijn mail al weggewerkt. Soms doe ik voor negen uur meer dan ik vroeger in een hele dag deed.’
Twee jaar geleden besloot de Belg dat hij genoeg had van zijn bestaan als nachtbraker. ‘Vanaf mijn studententijd werkte ik vaak tot diep in de nacht, ik ging zelden voor één uur naar bed.’ Hij dacht beter te presteren in de kleine uurtjes. ‘Maar ik merkte dat ik ’s ochtends vaak niet tevreden was over het werk dat ik de vorige avond had gedaan.’
Gillis kondigde daarom een experiment aan op zijn persoonlijke weblog: hij zou in 21 dagen proberen om van een avondmens in een ochtendmens te veranderen. ‘Noem het intellectuele nieuwsgierigheid’, zegt hij. ‘Ik vroeg me af: zou het mogelijk zijn om je slaappatroon blijvend te veranderen?’
Uit het onderzoek bleek dat vooral het slaappatroon van avondmensen verstoord raakt door het gestolen uurtje, soms dagenlang
Ochtendmens, avondmens
Hij zette zijn wekker steeds vroeger, vermeed de snooze-button en motiveerde zichzelf met een snufje sociale druk. ‘Ik vertelde mijn collega’s en kennissen dat ze me ’s ochtends mochten bellen, zodat ik gezichtsverlies zou leiden als ik niet bereikbaar was. Nu sta ik elke dag rond deze tijd op, vrijwillig.’
Ochtendmens, avondmens: het onderscheid wordt veelvuldig gemaakt in wetenschappelijke studies, bijvoorbeeld in verband met de zomertijd. Onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen ondervroegen enkele jaren terug vijftigduizend mensen over hun slaappatroon en hun omschakeling na het vooruitzetten van de klok. Uit het onderzoek bleek dat vooral het slaappatroon van avondmensen verstoord raakt door het gestolen uurtje, soms dagenlang.
Ook in andere opzichten zijn ochtend- en avondmensen geliefde studieobjecten. In de afgelopen jaren vergeleken wetenschappers de intelligentie, de hersenstructuur en zelfs de persoonlijkheidskenmerken van de twee type slapers, bijna alsof het om twee menssoorten gaat.
Maar de transformatie van Pieter Gillis is niet uniek. Amerikaanse slaaponderzoekers van de Universiteit van Colorado toonden afgelopen zomer aan dat het verrassend eenvoudig is om avondmensen om te vormen tot vroege vogels. Een wekker is niet eens nodig, een weekje kamperen zonder elektriciteit doet wonderen.
Tentje in de bossen
Hoofdonderzoeker Kenneth Wright liet een klein groepje zeven nachten doorbrengen in een tentje in de bossen, zonder zaklantaarns, mobiele telefoons of andere lichtbronnen. De resultaten, gepubliceerd in het vakblad Current Biology, waren opmerkelijk. Het slaapritme van de aanwezige avondmensen verschoof razendsnel. Na een week vielen ze net als de ochtendmensen rond zonsondergang in slaap en stonden ze bij zonsopkomst weer naast hun bed. ‘In de moderne wereld met al het kunstmatige licht is er veel ruimte voor verschillende slaappatronen’, aldus Wright. ‘Maar wanneer we alleen nog worden blootgesteld aan natuurlijk zonlicht lopen de slaapritmes van mensen al snel ongeveer gelijk.’
Het onderzoek is nog te kleinschalig voor definitieve conclusies. Maar het roept de vraag op of er wel een verschil is tussen ochtend- en avondmensen. Hebben extreme nachtbrakers hun gordijnen ’s ochtends niet gewoon te lang dicht zitten?
Lange tijd was er geen biologisch excuus om laat op te staan. Wetenschappers ontdekten pas in de jaren zestig dat elk mens een soort ingebouwde lichaamsklok heeft. Ze kregen daarbij hulp van een speleoloog. De Fransman Michel Siffre nam in 1962 twee maanden lang zijn intrek in een grot in de Alpen, puur omdat hij nieuwsgierig was naar hoe zijn slaapcyclus zich zou ontwikkelen in afwezigheid van de zon. Toen Siffre in september de grot uit kroop, was hij al het besef van tijd kwijt. Gek genoeg had zijn lichaam wel volgens de klok geleefd. De biologische klok tikt niet bij iedereen even snel
Normaal dag- en nachtritme
Uit gegevens die hij via een radioverbinding had doorgegeven, bleek dat hij een normaal dag- en nachtritme had aangehouden. Zijn slaapwaakcyclus besloeg steeds een periode van ongeveer 24 uur.
Inmiddels is bekend waar het biologische uurwerk van het menselijk lichaam zich bevindt. Het gaat om een klein gebiedje in de diepgelegen hersenkern hypothalamus. De biologische klok, oftewel de nucleus suprachiasmaticus, bevat 20.000 tot 30.000 zenuwcellen die periodiek signalen afgeven aan de rest van ons lichaam. ‘Wie bij dieren een elektrode aansluit op een vergelijkbaar hersengebied, ziet een terugkerend patroon van elektrische impulsen’, zegt slaaponderzoeker Gerard Kerkhof van het Medisch Centrum Haaglanden. ‘Overdag is het ritme van deze stroompjes gemiddeld tot hoog, ’s nachts daalt de activiteit. Ongeveer 24 uur later begint het weer van voren af aan.’
De biologische klok tikt niet bij iedereen even snel. Kerkhof, die tot zijn pensioen verbonden was aan de Universiteit van Amsterdam, publiceerde in 1981 al over ochtend- en avondmensen. ‘Volgens mij was ik de eerste in Nederland’, zegt hij. Hij deed onderzoek naar hersengolven tijdens de slaap en zag vreemde verschillen tussen individuen. ‘Bij de één begon het slaapproces later dan bij de ander.’